line
tabaksindustrie niet welkom-1

Truth Initiative: ‘Wetenschap moet infiltratie door tabakslobby tegengaan’

maandag 09 mei 2022

De medisch-wetenschappelijke wereld moet zich beter teweerstellen tegen de aanslag die de tabaksindustrie op de wetenschap doet. Dat schrijven twee vooraanstaande leden van het Truth Initiative in het American Journal of Public Health. Ze stellen dat de geschiedenis zich herhaalt nu de industrie de gezondheidseffecten van alternatieve tabaksproducten probeert te verbloemen.

Door de webredactie

“Tabaksfabrikanten hebben een narratief van twijfel rond de gezondheidsrisico’s van roken gesponnen, geld gedoneerd aan politici die tegen antirookwetgeving wilden optreden en onderzoek gefinancierd waarmee ze objectieve wetenschappelijke bevindingen konden ondermijnen om hun winsten te beschermen.” Dat schrijven Jodie Briggs en Donna Vallone, allebei verbonden aan het Truth Initiative (een non-profitorganisatie die zich richt op een rookvrije wereld) in het American Journal of Public Health.

Nadat de industrie decennialang zo haar gang kon gaan, kwam daar in 1998 een einde aan toen er een grote tegen de tabaksindustrie aangespannen rechtszaak werd geschikt. Daarbij werd onder meer afgesproken dat de fabrikanten de gezondheidseffecten van roken niet meer mochten verbloemen.

Volgens Briggs en Vallone herhaalt de geschiedenis zich nu. “De tabaksindustrie probeert opnieuw de wetenschappelijke ruimte te infiltreren en vormt daarmee een bedreiging voor het objectieve werk van wetenschappers die de gevolgen van roken onderzoeken”, schrijven ze.

Alternatieve tabaksproducten

Met de populaire e-sigaretten en andere alternatieve tabaksproducten, heeft de industrie zich volgens hen heruitgevonden als een bedrijfstak die zich zorgen zegt te maken om de volksgezondheid. Ondertussen gaat ze tot het uiterste om geloofwaardige uitkomsten van nieuw onafhankelijk onderzoek te ondermijnen. Zo is zowel e-sigaretfabrikant Juul als Philip Morris wetenschappelijke kringen binnengedrongen door onderzoek te financieren dat in wetenschappelijke tijdschriften wordt gepubliceerd. Ook proberen ze mee te doen aan academische conferenties waar ze dubieuze resultaten presenteren, proberen serieus onderzoek te beïnvloeden en het debat onder experts naar hun hand te zetten.

Foundation for a Smoke-Free World

Als voorbeeld geven Briggs en Vallone de in 2017 opgerichte Foundation for a Smoke-Free World (FSFW), die volledig door Philip Morris wordt gefinancierd. De FSFW “heeft wetenschappelijke ruimtes geïnfiltreerd en probeert het discours te beïnvloeden”, schrijven Briggs en Vallone. Onlangs zijn er FSFW-studies gepubliceerd in het International Journal of Environmental Research and Public Health en Drugs and Alcohol Today door geen duidelijkheid te geven over eventuele belangenverstrengeling en geen inzicht te geven in hoe de onderzoeken gefinancierd zijn. Details hierover werden vorig jaar gepubliceerd in het American Journal of Public Health.

Juul heeft onlangs ook een volledige editie van het American Journal of Health Behavior gesponsord om haar, door de industrie gefinancierde, onderzoeken onder de aandacht te kunnen brengen .

Industrie geweerd van SRNT-conferentie

Pas onlangs (juli 2021) heeft de Society for Research on Nicotine and Tobacco (SRNT) besloten dat onderzoekers die verbonden zijn aan de tabaksindustrie hun werk niet meer op hun conferentie mogen presenteren. Voor die tijd was de industrie er kind aan huis en gebruikte dat platform om andere aanwezigen te beïnvloeden.

Deelname legitimeert industrie

Het nadeel van dit soort infiltrerende praktijken is volgens Briggs en Vallone dat het de tabaksindustrie legitimeert en het idee versterkt dat haar onderzoek onafhankelijk en geloofwaardig zou zijn. Daarnaast heeft de industrie baat bij deelname aan antirookconferenties, omdat ze er daar achter kan komen welke volgende stappen er mogelijk tegen het roken genomen gaan worden, waar ze dan vast een tegenstrategie voor kan bedenken.

In de derde plaats kan de industrie een platform misbruiken om aanwezige overheidsfunctionarissen te beïnvloeden. En ten slotte kan de industrie misbruik maken van de onervarenheid van jonge wetenschappers die niet zo bekend zijn met het verleden van de tabaksindustrie en wat ze daarin gedaan hebben om de wetenschap te ondermijnen.

In 2013 zei de Amerikaanse historicus Robert N. Proctor, auteur van het standaardwerk over de tabaksindustrie The Golden Holocaust in een interview met TabakNee al: “Ik heb me vaak afgevraagd waarom wetenschappers aan zoiets meewerken. Ik denk dat ze gevlijd zijn dat iemand interesse in ze heeft. Bovendien betalen de tabaksfabrikanten goed.”

Industrie kaapt ‘harm reduction’-taal

“Door de taal die wordt gebruikt rond het beperken van gezondheidsschade (harm reduction) over te nemen, probeert de industrie heel ironisch te claimen dat ze om de gezondheid van haar klanten geeft”, schrijven Briggs en Vallone. “Maar een industrie wier financiële succes afhangt van winst blijven maken, zal nooit in een positie komen waarin ze oprecht de ziekte en sterfte die wordt veroorzaakt door tabaksgebruik zal willen uitroeien.”

Oproep aan de wetenschap

Briggs en Vallone roepen de wetenschappelijke gemeenschap daarom op om strengere regels in te voeren, gericht op het voorkomen van belangenverstrengeling, en om aanbiedingen van de industrie om te betalen voor het plaatsen van hun onderzoeken in wetenschappelijke tijdschriften te weerstaan. Gezondheidswetenschappers moeten ook hun conferenties vrijhouden van deelname door tabaksfabrikanten en ten slotte zouden overheidsorganisaties strenger moeten toezien op het negeren van onderzoek dat gefinancierd is door de industrie. Briggs en Valline: “Onze toekomst hangt ervan af.”

tags:  Foundation for a Smoke-Free World | politiek | wetenschap | tabakslobby | onderzoek | tabaksindustrie