line

Brabant, Zeeland en Bergen op Zoom overtreden internationaal verdrag door Philip Morris te betrekken bij een fonds voor de regio

donderdag 12 juni 2014

OPINIE

De provincies Zeeland en Brabant en de gemeente Bergen op Zoom vroegen onlangs geld aan Philip Morris om de regio te versterken. Daarmee gaan provincies en gemeente in de fout. De overheid mag namelijk geen geld accepteren van de tabaksindustrie, op basis van het door Nederland ondertekende tabaksontmoedigingsverdrag (FCTC).
Door Frits van Dam

Vermijd ieder contact met de tabaksindustrie, behalve als het echt niet anders kan. Dat is de essentie van een juridisch bindend tabaksontmoedigingsverdrag (FCTC) dat Nederland samen met 177 landen al ruim tien jaar geleden heeft ondertekend. Contacten met de tabaksindustrie moeten beperkt blijven tot het allernoodzakelijkste. Het verdrag, Framework Convention on Tobacco Control (FCTC), geldt niet alleen voor de centrale overheid maar ook voor de provincies en gemeenten.

Melaats verklaard

Nederland is een van de voortrekkers geweest in dit opzienbare, unieke en juridisch bindende verdrag. De Nederlandse overheid heeft ermee ingestemd dat de tabaksindustrie zich niet mag bemoeien met haar tabaksbeleid, en ook dat de overheid in de meest brede zin van het woord (inclusief provincies, gemeentes en parlementariërs), op geen enkele manier zaken doet met de tabaksindustrie. Alleen als het niet anders kan, bijvoorbeeld voor het regelen van invoerrechten en belastingen, mag de overheid met de industrie overleggen.

In feite heeft de Nederlandse overheid, en met haar bijna alle andere landen ter wereld, de tabaksindustrie 'melaats' verklaard. Dat is nog lang niet tot iedereen doorgedrongen. Zo vertelde VVD-coryfee Hans van Baalen: "Met wie ik spreek bepaal ik.... Het zou onzin zijn als ik op basis van welk verdrag dan ook met bepaalde mensen niet zou mogen spreken."

Niet doorgedrongen

Ook tot de lagere overheden is de reikwijdte van het FCTC- verdrag niet doorgedrongen. De gedeputeerden Bert Pauli (provincie Noord-Brabant), Ben de Reu (provincie Zeeland) en burgemeester Frank Petter van Bergen op Zoom lijken niet op de hoogte van dit verdrag. Want wat schrijven deze drie in hun brief aan Philip Morris, als reactie op het sociaal plan van het bedrijf? Na hun uitweiding over de slag die aan de werkgelegenheid is toegebracht door de sluiting van de fabriek, vragen zij de Marlboro-fabrikant of die "mee wil denken over het oprichten van een gezamenlijk fonds waardoor via de realisatie van innovatieve activiteiten de economische en cultureel/maatschappelijke structuur van de regio kan worden versterkt."

Duidelijk

Zo'n oproep is wellicht te begrijpen vanuit de zorgen over de economische en maatschappelijke gevolgen van de fabriekssluiting voor de regio. Maar het mag niet op grond van het FCTC-verdrag.

Geen enkel overheidorgaan mag geld accepteren van de tabaksindustrie, behalve waar dit op de een of andere manier wettelijk vereist is. Het FCTC- verdrag is duidelijk, de overheid inclusief provincies en gemeenten moeten Big Tobacco op afstand houden. En geld aannemen voor een fonds, hoe goed de bedoelingen ook zijn, mag al helemaal niet.