Tabaksschadefonds naar Brits model grijpt in op prijs
dinsdag 18 november 2025
In Groot-Brittannië circuleert al langere tijd een voorstel voor een ‘vervuiler betaalt’-heffing die de excessieve winst van de tabaksbedrijven afroomt. De bedenker ervan lichtte de werking van het voorstel recent toe in een webinar. Een tabaksschadeheffing is in Nederland ook noodzakelijk.
Door de webredactie
Hoofdpunten in dit artikel:
- Een Brits voorstel voor een vervuiler betaalt-heffing beperkt de winst van de tabaksindustrie tot 10 procent
- De heffing wordt berekend op de groothandelsprijs; de consumentenprijs blijft hetzelfde tot eventueel de accijns worden verhoogd
- In het VK zou deze heffing 700 miljoen pond opleveren
- Een heffing op omzetten zou in Nederland 125 miljoen euro extra per jaar voor preventiemaatregelen kunnen genereren.
Een prijsregulering op groothandelsniveau kan de oligopoliewinsten van tabaksfabrikanten afromen tot een marge van 10 procent en zo miljoenen laten vloeien naar preventie en betere tabaksontmoediging. Zo’n vervuiler betaalt-heffing onderscheidt zich van accijnsbeleid doordat die rechtstreeks ingrijpt in de prijsvorming, waardoor retailprijzen gelijk blijven terwijl industrie-overwinsten aan banden worden gelegd.
Dat was in de kern de boodschap van Rob Branston, universitair hoofddocent aan de Universiteit van Bath en co-directeur van de Tobacco Control Research Group (TCRG) tijdens een webinar van antitabaksorganisatie ASH Scotland over de tabaksschadeheffing. Het doel daarvan? Tabaksfabrikanten laten betalen voor de maatschappelijke schade van hun producten.
Een plafond op 10 procent winstmarge
De heffing die door ASH wordt voorgesteld houdt in essentie een prijsplafond op de groothandelsprijs van tabak in. Hierdoor zouden de winsten van fabrikanten tot maximaal 10 procent boven de productiekosten komen te liggen. Het verschil tussen die maximumprijs en wat fabrikanten nu vragen, wordt via de heffing afgeroomd door de staat. Consumentenprijzen blijven in dit systeem gelijk, maar de industrie kan op deze manier geen gigantische overwinsten meer maken. In het Verenigd Koninkrijk zou dit de tabaksindustrie in totaal zo’n 700 miljoen pond (794 miljoen euro) per jaar gaan schelen, wat de sector economisch gezien veel minder interessant zou maken en tegelijk de maatschappij een flinke pot geld zal opleveren om tabaksgebruik verder te ontmoedigen.
Branson stelde dat de vier grootste tabaksfabrikanten 95 procent van de Britse markt controleren en gemiddelde winstmarges van ongeveer 50 procent behalen. Ter illustratie: de gemiddelde winstmarge voor de algemene Britse industrie ligt onder de 10 procent. Met andere woorden, tabaks- en nicotineproducten zijn extreem profijtelijk. In 2018 verdiende de tabaksindustrie naar schatting meer dan 900 miljoen pond (ruim 1 miljard euro) winst in het VK alleen. Hun monopolieachtige prijsmacht stelt ze in staat volumedalingen te compenseren via prijsverhogingen, wat traditionele prijsinterventies ineffectief maakt.
Hoe de heffing werkt
De vervuiler betaalt-heffing pakt een fundamenteel probleem met traditioneel accijnsbeleid aan: tabaksfabrikanten bepalen hierin nog te vaak zelf hoeveel van de belastingverhoging ze doorberekenen aan consumenten. Ze kunnen accijnzen ‘undershiften’ (absorberen om prijzen laag te houden) of ‘overshiften’ (boven op de belasting eigen prijsverhogingen doorvoeren), zoals uitgelegd door Tobacco Tactics. Onderzoek van Branston en anderen toont aan dat tussen 2000 en 2009 slechts de helft van de prijsstijgingen effectief nodig was om accijnsverhogingen te dekken – de rest vloeide ongewild door als pure winstmaximalisatie voor de tabaksindustrie.
Het prijsplafond van de heffing schakelt deze macht over prijsbepaling door de industrie uit. De heffing maximaliseert groothandelsprijzen op productie- en distributiekosten plus 10 procent winst. Het verschil met huidige fabrikantenprijzen vloeit via het belastingstelsel naar een Rookvrij Fonds. Retailprijzen blijven ongewijzigd, waardoor consumptie niet stijgt. De tabaksaccijns blijft intact – sterker nog, accijnstarieven kunnen blijven stijgen boven de inflatie.
Uitvoering en controle is haalbaar
Het voorstel van Branston werd door de werkgroep All Party Parliamentary Group on Smoking and Health (APPG) uitgewerkt als concreet wetsvoorstel. Een vraag die zich daarbij opwerpt: hoe kan deze heffing gemonitord en gehandhaafd worden? Het eenvoudige antwoord volgens APPG: het Britse ministerie van Volksgezondheid beschikt al over een team dat prijs- en winstregulering uitvoert voor de farmaceutische sector; datzelfde team kan ook de tabaksindustrie monitoren, aangezien het om een relatief eenvoudige markt gaat: vier bedrijven beheersen 95 procent van de verkoop.
De heffing zou worden berekend op basis van verkoopvolumes in plaats van gerapporteerde winstcijfers. Dat maakt ontduiking moeilijker en voorkomt dat de industrie met boekhoudkundige trucs haar winst verbergt. De opbrengst wordt vervolgens direct toegewezen aan het fonds waaruit preventiemaatregelen en gezondheidskosten kunnen worden betaald.
Het rapport wijst erop dat een vergelijkbare regeling al in de Verenigde Staten bestaat, waar tabaksbedrijven bijdragen aan gezondheidsfondsen op basis van verkochte hoeveelheden. Door het vertrek van het VK uit de EU zou het bovendien eenvoudiger zijn geworden om zulke prijsregulering wettelijk te verankeren; EU-regels die dat eerder verhinderden gelden niet meer, aldus het rapport van APPG.
Tabaksschadefonds kan ook in Nederland
Hoewel het voorstel vooralsnog niet door het Britse parlement in behandeling is genomen, laat het zien hoe financiële prikkels kunnen worden verschoven: van winst voor de industrie naar investeringen in gezondheid.
Ook voor Nederland, waar de kosten van roken voor de samenleving rond de 30 miljard euro per jaar worden geschat, is een tabaksschadeheffing zeer noodzakelijk. In Nederland zou zo’n heffing vanwege de eerdergenoemde Europese regelgeving niet op dezelfde manier kunnen ingrijpen op de groothandelsprijs, maar een heffing op de omzet behoort wel tot de mogelijkheden. Een heffing van bijvoorbeeld 5 procent op een omzet van de tabakssector van zo’n 2,5 miljard euro zou elk jaar 125 miljoen euro opleveren voor preventie en tabaksontmoediging. Dat is een fractie van de miljardenschade die jaarlijks door roken aan de economie wordt toegebracht, maar niettemin een welkome aanvulling op slinkende preventiebudgetten.
Kijk het webinar van ASH Scotland terug op YouTube.
Wil je op de hoogte blijven van al het nieuws van TabakNee? Schrijf je dan op deze pagina in voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief.
tags: tabaksschadefonds | wetsvoorstel | Tobacco Tactics | antitabakslobby | Tobacco Control | ASH | vervuiler betaalt | tabaksschadeheffing





Stichting Rookpreventie Jeugd is geregistreerd als Algemeen Nut Beogende Instelling (RSIN: 820635315 | KvK: 34333760).