line
transparantie financien-1

Met boeven vangt men boeven, Big Tobacco leert de douane het smokkelvak

donderdag 09 januari 2020

UPDATE 13-02-2020
UPDATE 11-01-2020

Uit vrijgegeven documenten blijkt dat de Nederlandse douane nog altijd innig met de tabaksindustrie omgaat en hen zelfs heeft verzocht om een training in het opsporen van tabakssmokkel. Pikant detail, de tabaksindustrie is zelf de grootste smokkelaar. 

Door de webredactie 

Dit jaar gaat de Nederlandse overheid nieuwe accijnsverhogingen invoeren op tabaksproducten. Dit is de effectiefste antirookmaatregel die de overheid kan nemen: hoe hoger de prijs van sigaretten, hoe minder mensen roken. Maar zodra het woord ‘accijnsverhoging’ valt komen de tabakslobbyisten met het argument dat een accijnsverhoging alleen maar voor een toename in de illegale handel zal zorgen en geen effect heeft op het tabaksgebruik. De industrie toont dat aan met fake studies die oncontroleerbaar zijn.

Een beetje gelijk

In een door The Lancet gepubliceerd artikel krijgt de industrie eerst een beetje gelijk: hogere accijnzen kunnen inderdaad voor een toename in smokkel zorgen. Maar, zo stellen de auteurs, “een zwakke douane (veel meer dan een hoge prijs) is de belangrijkste factor in de verkoop van illegale sigaretten”. Met andere woorden: het is de handhaving die tekortschiet. Daarnaast merken de onderzoekers op dat het heel belangrijk is om te weten dat “de tabaksindustrie haar producten zelf actief smokkelt”.

De onderzoekers verwijzen ook naar een recent rapport van de Wereldbank. Daaruit blijkt welke voordelen de industrie heeft bij het bestaan van smokkel. “Illegale handel van tabaksproducten heeft impact op de gemiddelde prijs van deze goederen zodat ze betaalbaar blijven. Deze handel kan ook zorgen voor een toename in ongelijkheid onder rokers, omdat illegale producten vooral door mensen met lage inkomens worden gebruikt. De illegale handel zorgt er ook voor dat er een toename in keuzes tussen merken gemaakt kan worden, waardoor de vraag in zijn geheel toe kan nemen. De illegale handel zorgt er daarnaast voor dat tabaksproducten makkelijker te verkrijgen zijn, vooral onder jongeren, omdat deze producten vooral via ongereguleerde kanalen worden verspreid. Daarnaast worden de belastinginkomsten voor de overheid ondermijnd en kan het de algemene houding ten opzichte van het betalen van accijns beïnvloeden.”

De drempel laag houden

Daarbij merkt The Lancet op dat de illegale sigarettenmarkt er naar schatting voor zorgt dat “de gemiddelde prijs van sigaretten met zo’n vier procent afneemt en dat er daardoor ook twee procent meer sigaretten gerookt wordt”.
Dat is precies waar de industrie baat bij heeft: sigaretten moeten op zo veel mogelijk plekken, zo goedkoop mogelijk te verkrijgen zijn zodat rokers verslaafd blijven en de drempel voor kinderen om met roken te gaan experimenteren zo laag mogelijk blijft.

Maar daar blijkt de Nederlandse douane geen boodschap aan te hebben. Al in mei 2018 toonde de Onderzoeksredactie in een artikel in Vrij Nederland aan hoe innig de contacten tussen de douane en de tabaksindustrie zijn. Daarbij liet ze zien dat de industrie de douane ziet als toegang tot het ministerie van Financiën om te kunnen lobbyen. Het artikel liet ook zien dat die contacten op het randje van het toelaatbare zijn. Als ze een vergadering hebben, geeft de douane de industrie alle ruimte om wijzigingen in de notulen aan te brengen: “De douane laat de verplichte verslaglegging van contacten met de tabaksindustrie over aan de tabaksindustrie zelf. Hierdoor is het maar zeer de vraag in hoeverre deze taakverdeling een juist beeld geeft van wat er besproken is en in hoeverre de douane zich laat sturen als de tabaksindustrie de pen voert.” 

Weggelakt

Nieuwe vrijgegeven documenten die zijn toegevoegd aan het Transparantieregister waarin de overheid alle contacten met de tabaksindustrie registreert, laten zien dat er niets is veranderd aan de vertrouwelijkheid van het contact.
Eind juni, begin juli 2019 (de precieze datum is onduidelijk) heeft ‘iemand’ van de douane contact opgenomen met ‘iemand’ (namen zijn zorgvuldig weggelakt) van de tabaksindustrie met de vraag een training op te zetten over tabakssmokkel.

Deze ‘shipping course’ had de tabaksfabrikant in 2014 ook al aan de douane gegeven. De ambtenaar van de douane schrijft: “Bij het laatste MoU-overleg is gesproken over het door X (naam weggelakt, red.) geven van deze training aan nieuwe pre-arrival medewerkers van de Douane. (…) Met wie van u kan ik contact opnemen om tot invulling en datums te komen?”
Het MoU-overleg (MoU staat vermoedelijk voor Memorandum of Understanding en verwijst naar een overeenkomst die de douane in 2011 met de industrie heeft gesloten) is een tweejaarlijkse vergadering tussen de tabaksindustrie en de douane, gericht op ‘fraudebestrijding van accijns’. Daar wordt, zo blijkt ook uit eerdere gespreksverslagen, ook over de illegale handel in tabak gesproken en over de ervaringen die de industrie hiermee heeft.

Goederenbewegingen

Nadat de douanemedewerker de industrie om de training vraagt, schrijft een tabakslobbyist op 3 juli: “U kunt met ondergetekende contact opnemen voor het verder organiseren van de shipping course.”
Uiteindelijk blijken op 3 oktober de meeste douanemedewerkers aan te kunnen sluiten voor de training – één ochtendsessie op Belastingkantoor Acapella te Hoofddorp – waarin zowel de kennis van de tabaksfabrikant over ‘goederenbewegingen over zee’ als door de lucht zal worden toegelicht.

Naar alle waarschijnlijkheid zijn er toen drie medewerkers van de industrie op het kantoor geweest om die training te geven. Hoeveel douanemedewerkers er waren is niet duidelijk, evenmin als de precieze agenda van de bijeenkomst. Voordat deze documenten zijn vrijgegeven zijn ze door de douane bijna helemaal zwartgelakt en ook nog eens door elkaar gehusseld (de mails lopen door elkaar). Het is zelfs niet duidelijk welke tabaksfabrikant de training heeft gegeven. TabakNee heeft inmiddels een wob-verzoek ingediend om dit alsnog te kunnen achterhalen. 

Overtreding antirookverdrag

De douane overtreedt met het contact met de industrie op grove wijze het door Nederland ondertekende internationale antirookverdrag FCTC van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarin staat (artikel 5.3) dat contact met de tabaksindustrie niet is toegestaan als er antirookbeleid wordt gemaakt. Het verdrag geldt voor alle lagen van de overheid, ook voor de ambtenaren van de douane en belastingdienst.

De industrie gebruikt het MoU-overleg om de douane te kunnen beïnvloeden in hoe ze met de smokkel van tabak om moet gaan, terwijl ze zelf actief smokkelt en baat heeft bij die smokkel. In hetzelfde FCTC-verdrag staat ook dat de aangesloten landen zich in zullen zetten tegen illegale handel, omdat dit antirookmaatregelen ondermijnt. Het bestrijden van de illegale handel ís dus een antirookmaatregel.

De industrie is hierbij dan juist niet de aangewezen partner, omdat ze een ander belang heeft. Er is zelfs een apart WHO-Protocol opgesteld om die illegale handel tegen te kunnen gaan. Staatssecretaris Blokhuis maakte in juli 2018 bekend de eerste stappen te zullen gaan zetten om ook dat protocol te ratificeren. 

Vermijd afhankelijkheid

De Wereldbank geeft in haar rapport het volgende advies: “Vermijd afhankelijkheid van de tabaksindustrie: de rol van de industrie vormt een obstakel in de bestrijding van illegale handel, omdat de tabaksindustrie zelf zowel direct als indirect gelinkt is aan de illegale handel in tabaksproducten.”

De Nederlandse overheid lijkt hier geen boodschap aan te hebben en gaat vrolijk met de tabaksindustrie in zee. Met boeven denkt men boeven te vangen.

UPDATE 11-01-2020

Uit een artikel in het douaneblad Inzicht (nummer 4, 2019) blijkt dat de douane trots is op de samenwerking met de tabaksbranche, die bovendien de kwalificatie ‘bonafide’ krijgt. Ook lijkt de douane op de hoogte te zijn van het FCTC-verdrag en het WHO-protocol tegen illegale tabakshandel, dat staatssecretaris Blokhuis in 2020 volgens de douane hoopt te ratificeren. Dat in dat protocol juist duidelijk wordt gemaakt dat er niet met de industrie samengewerkt moet worden en dat de industrie volgens het FCTC-verdrag door alle lagen van de overheid op afstand gehouden dient te worden, lijkt de dienst echter te ontgaan. 

UPDATE 13-02-2020: Agenda alsnog vrijgegeven

Na een Wob-verzoek van TabakNee heeft het ministerie van Financiën alsnog besloten de eerst volledig weggelakte agenda van de training aan de douane vrij te geven. Uit die agenda blijkt dat het tabaksfabrikant Japan Tobacco International (JTI) is geweest die de douane heeft bijgeschoold in wat er volgens hen speelt in de illegale handel. Uit de agenda blijkt onder meer dat JTI uitleg heeft gegeven over hoe ze haar distributieketen beveiligd en welke operaties tegen illegale handel ze uitvoert op Nederlandse bodem. Het gaat om het monitoren van scheepsroutes en ook het luchtvervoer wordt in de gaten gehouden. Er is sprake van een ‘Project Green’, waarbij per satelliet illegale tabaksplantages worden opgespoord, en ‘Project Talon’, waarbij illegale verkoop van tabak op het internet wordt tegengegaan.

Saillant detail is dat JTI ook uiteengezet heeft hoe de illegale handel in Nederland eruitziet. Welke cijfers de tabaksfabrikant daarvoor heeft gebruikt is niet duidelijk. Vermoedelijk gaat het om de door de tabaksindustrie gefinancierde en door KPMG uitgevoerde onderzoeksrapporten die niet wetenschappelijk zijn en als onbetrouwbaar bekendstaan.

Of JTI tijdens de training ook melding heeft gemaakt van het bewijs dat de tabaksindustrie zelf bij de smokkel betrokken is, is niet bekend.

tags:  douane | FCTC-verdrag | smokkel | accijns, tabak | accijnsverhoging