line
tabaksindustrie verantwoordelijk voor moderne slavernij-1

Tabaksindustrie verantwoordelijk voor slavernij en kinderarbeid in Malawi

maandag 29 januari 2024

Tabaksbedrijven verdienen miljarden over de ruggen van kleine tabaksboeren in Malawi, die slachtoffer zijn van grove uitbuiting die neerkomt op slavernij. Ook is er in veel landen sprake van kinderarbeid, zo blijkt uit nieuwe publicaties. Het onderstreept de noodzaak van snelle invoering van de Europese richtlijn over ketenaansprakelijkheid.

Door de webredactie

Tabaksboer James Sabwe zit onder een rieten dakje naast gedroogde tabaksbladeren. “Er is één ding dat me niet verbaast”, zegt hij, “en dat is het feit dat de directeuren en managers van de tabaksindustrie in dure auto’s rijden.” Zelf woont Sabwe in een lemen hutje in een dorpje in Malawi, dat een van de grootste tabaksproducenten ter wereld is. Hij is zo arm dat hij niet eens een houten stoel heeft. Sabwe is een van de vier boeren die de moed hebben te vertellen over de situatie van moderne slavernij waarin zij leven in de aangrijpende documentaire Tobacco Slave – Imperial practices in the modern age, gemaakt door de Tobacco Control Research Group van de University of Bath.

Boeren lijden onder wurgcontracten

Kleine boeren die in Malawi tabak verbouwen, zitten vast in een systeem van wurgcontracten. Opkoopbedrijven weigeren tabak af te nemen van boeren die geen overeenkomst met leningen met hen hebben afgesloten. Zonder contract krijgen de boeren geen toegang tot de tabaksmarkt, aldus een functionaris die tabaksboeren in Malawi heeft opgeleid maar anoniem wil blijven. Boerin Ellen Mkandawire vertelt hoe ze voor de kunstmest die ze nodig zou hebben een overeenkomst tekende met het grote opkoopbedrijf Limbe Leaf. Ze leverde de tabak en betaalde de lening terug. “Toen realiseerde ik me dat ik geen winst maakte.”

Kinderen moeten wel meewerken

Gedroogde tabaksbladeren brengen op de veiling in Malawi weinig op. De prijzen zijn laag, zegt boer Prince Makamu. Boeren krijgen nog geen 2 dollar per kilo tabak, wat tot de laagste prijzen ter wereld behoort. Ellen Mkandawire kan zich geen werknemers veroorloven voor de arbeidsintensieve tabaksteelt op haar land. Ze weet dat kinderarbeid verboden is, maar laat noodgedwongen haar kinderen meewerken.

Ook Follow the Money beschrijft in een recente reportage hoe boeren in Malawi zich vanwege de lage opbrengsten gedwongen zien om kinderen op het land te laten werken. Het onderzoeksjournalistiekplatform stelt dat exacte aantallen moeilijk zijn te bepalen, maar sprak met Marty Otañez van de University of Colorado, die al sinds 1997 onderzoek doet naar kinderarbeid op tabaksplantages.

Volgens schattingen van Otañez in 2006 zouden in Malawi 78.000 kinderen in de tabaksverbouw werken. Hij denkt dat de aantallen alleen maar groter zijn geworden. Het gaat om ‘duizenden’ kinderen, vertelde ook Cosmas Msamba, secretaris-generaal van de tabaksvakbond TOAWUM in Malawi, aan Follow the Money. Het probleem is zo groot dat het voor 2023 het hoofdthema voor zijn vakbond was.

Dwangarbeid verwoest toekomst kinderen

Volgens de Verenigde Naties zijn in 2022 bij de tabaksteelt in Malawi drieduizend gevallen gemeld van handel in kinderen die gedwongen werden te werken. Overigens zijn ook volwassenen slachtoffer van dwangarbeid. Africa Press beschreef in 2022 hoe zeven bevrijde meisjes zeer lange dagen van 9,5 uur moesten maken. Kinderen willen naar school, maar zijn altijd moe, zegt Davies Botha in de documentaire. Hij was ooit een grote tabaksboer, maar is inmiddels gestopt. “We brengen de toekomst van de kinderen om zeep”, aldus Botha.

Kinderarbeid in 17 landen

Ook in andere landen, zoals Brazilië, Indonesië, Libanon en Kenia, werken kinderen in de tabakssector. In 2022 constateerde het Amerikaanse ministerie van Arbeid dat in 17 landen kinderen in de tabaksverbouw werkten. Kinderarbeid is een lang bestaand probleem in de tabaksverbouw, constateert het Global Center for Good Governance in Tobacco Control (GGTC), dat in 2021 een seminar over deze misstanden organiseerde. Hoewel de tabaksindustrie in 2014 beloofde een einde te maken aan kinderarbeid, komt daar niets van terecht. GGTC beschuldigt de tabaksindustrie dan ook van ‘whitewashing’, het verdoezelen van deze illegale praktijken.

Gevaren van de tabaksteelt

Het verbouwen van tabak is niet zonder risico, vanwege pesticiden en andere gevaarlijke stoffen die gebruikt worden. Sommige kinderen kregen chemicaliën binnen en stierven, aldus boer Makamu. De nicotine in de tabaksplanten veroorzaakt groene tabaksziekte, die gepaard gaat met verschijnselen als duizeligheid, hoofdpijn, misselijkheid en uitdroging. De ziekte heeft met name een grote impact op kinderen. Mensen die met tabaksplanten werken zouden beschermende kleding, maskers en handschoenen moeten dragen, maar daar hebben de boeren in Malawi geen geld voor. Er is ook een andere reden dat zelfs kinderen deze niet op plantages gebruiken. “Het is simpel: als de tabaksbedrijven beschermende kleding geven aan kinderen, geven ze toe kinderarbeid te gebruiken”, aldus Otañez. Human Rights Watch stelt los daarvan dat beschermende kleding niet geheel kan voorkomen dat giftige stoffen via de huid opgenomen worden.

Winsten vloeien naar rijke landen

Intussen blijven Malawische boeren straatarm of bouwen zelfs schulden op. Ook Malawi verdient er niets aan. Als land kan het zich met de tabakssector niet ontwikkelen. De winsten vloeien naar rijke landen als het Verenigd Koninkrijk. De zes grootste tabaksproducenten maken jaarlijks 55 miljard dollar winst, aldus de Tobacco Control Research Group.

Voortdurend kolonialisme en slavernij

De uitbuitingspraktijken liggen in het verlengde van de koloniale tijd. Een bedrijf als Imperial Brands komt voort uit Wills Company in Bristol. Dat bedrijf was in de 19e eeuw medeplichtig aan de slavenhandel, omdat de tabak die ze opkochten geproduceerd werd door tot slaaf gemaakten in de Verenigde Staten, aldus Lee Hutchinson, curator van het M Shed Museum in Bristol.

“De wereldwijde tabaksindustrie heeft diepgaande banden met kolonialisme en slavernij, met een erfenis die zelfs vandaag voortduurt”, aldus een citaat van VN-rapporteur Tlaleng Mofokeng in de documentaire. Diverse experts in de film spreken van ‘slavernij’ in de tabakssector in Malawi. Net als de straatarme tabaksboer James Sabwe in Malawi, verwijst Andy Rowell, hoofd onderzoek van de Tobacco Control Research Group, naar de zeer goed betaalde top van de tabaksindustrie in steden als Bristol, waar Imperial Brands is gevestigd. “Dit zijn koloniale bedrijven”, stelt Rowell onomwonden.

Tabaksindustrie ontkent beschuldigingen

De tabaksgiganten wuiven de beschuldigingen van de hand, beweren niets met de hedendaagse uitbuiting te maken te hebben en wijzen met een beschuldigende vinger naar derde partijen, zoals de tabaksbladerenopkopers. Het is echter een feit dat British American Tobacco, Imperial Brands en Philip Morris International allen zakendoen en tabak kopen van bedrijven zoals Limble Leaf, waarmee de boeren in de film contracten hebben.

In 2019 spande het Britse advocatenkantoor Leigh Day namens bijna tweeduizend Malawische boeren, onder wie honderden kinderen, een zaak aan tegen Imperial Brands en BAT over uitbuiting van boeren in Malawi en het schenden van de (inter)nationale wetten tegen dwangarbeid en kinderarbeid, om als tabaksonderneming zelf zo veel mogelijk fortuin te maken. Beide bedrijven verwerpen de aantijgingen.

‘Word geen tabaksslaaf’

“Tabak heeft geen toekomst”, zegt de Malawische boer Prince Makamu in de documentaire. “Zelfs de huidige president moedigt mensen aan zich te richten op het verbouwen van soja, pinda’s of mais. Degenen die profiteren van de tabak zijn de tabaksbedrijven, niet de boeren.” Boerin Mkandawire drukt haar kinderen op het hart goed hun best te doen op school en niet te worden zoals zij zichzelf noemt – ‘een tabaksslaaf’.

Ketenaansprakelijkheid bedrijven

De gepresenteerde feiten over de uitbuiting van tabaksboeren in Malawi onderstrepen nog eens de noodzaak van de richtlijn over ketenaansprakelijkheid van bedrijven (Directive on corporate sustainability due diligence), waar de Europese Commissie en het Europees Parlement in december overeenstemming over bereikten. Als deze richtlijn van kracht wordt, kunnen ook de tabaksbedrijven verantwoordelijk worden gehouden voor de schendingen van mensenrechten en de milieuschade die hun producten veroorzaken in de gehele keten.

tags:  Europees Parlement | Europese Commissie | ketenaansprakelijkheid | corporate sustainability due diligence | tabaksteelt | armoede | Reynolds | PMI | BAT | Afrika | tabaksziekte | slavernij