line

Professor Fred van Raaij: Tabakslobbyist die toezichthouder is van een ziekenhuis

zondag 15 december 2013

Professor Fred van Raaij heeft een lange geschiedenis met de tabaksindustrie achter de rug, maar is toch lid van de Raad van Toezicht in het Amphia Ziekenhuis te Breda. Vormen tabak en ziekenhuis een ideale situatie?

Als je sigaretten duurder maakt is Jan met de Pet er de dupe van. Daar kwam het betoog op neer van Fred van Raaij, hoogleraar economische psychologie aan Tilburg University en intussen met emeritaat. Laagopgeleiden zijn namelijk oververtegenwoordigd in de categorie tabaksverslaafden en daarom is de tabaksaccijns een "regressieve belasting", die vooral wordt opgebracht door mensen met een laag inkomen. En denk maar niet dat laagopgeleiden gaan stoppen met roken als je de sigaretten duurder maakt.

Van Raaij betoonde zijn medeleven met de rokende Jan-onder-modaal tijdens de werkconferentie "illegale handel en accijns" op 9 september 2010. De bijeenkomst in de Haagse Pulchri Studio, het monumentale pand van een kunstenaarsvereniging, was door de gezamenlijke Nederlandse tabaksindustrie georganiseerd, ondersteund door de werkgeversorganisatie VNO-NCW. Ook werkgeversdirecteur Niek Jan van Kesteren was van de partij. Hij zei: "Ik ben niet voor het wetenschappelijke gedeelte hier, maar om de support van VNO-NCW voor de tabaksindustrie tot uiting te brengen."

Smokkel

Voor het wetenschappelijke gedeelte was Van Raaij opgetrommeld - overigens samen met zijn collega Petrus van Duyne, emeritus hoogleraar in de rechten aan dezelfde Tilburg University. Maar voor Van Duyne is het een eenmalig uitstapje naar de tabaksindustrie geweest.

Van Raaij daarentegen blijkt een jarenlange geschiedenis met de tabaksindustrie achter de rug te hebben. Dat wordt ook wel duidelijk in zijn toespraak "tabaksaccijns en rookgedrag" die als PowerPoint nog op internet staat. Van Raaij hanteert exact dezelfde argumenten als de tabaksindustrie tegen verhoging van de accijnzen. Met stip op nummer één: het welbekende verhaaltje dat hogere accijnzen tot smokkel van (namaak)sigaretten zouden leiden. En dat gaat de staatskas geld kosten, houdt Van Raaij zijn gehoor in de Pulchri Studio voor, onder wie een afvaardiging van het ministerie van Financiën. Bovendien is onze jeugd een ideale prooi voor meedogenloze smokkelaars. "Jonge rokers nemen nog niet zoveel kwaliteitsverschillen waar en zien illegale sigaretten als een goed substituut voor volwaardige, gewone, legale sigaretten", beklemtoont Van Raaij.

Waar haalt hij die kennis vandaan? Wel, dat zou door onderzoeken zijn aangetoond. De twee Nederlandse onderzoeken waaraan Van Raaij refereert, blijken door de tabaksindustrie te zijn betaald. Het ene is verricht door bureau Integis – Forensisch accountants en onderzoeksspecialisten, het andere werd door de journalisten Rens Broekhuis en Kees Rotteveel in opdracht van de tabaksindustrie geschreven.

Van Raaij werd genoemd in het artikel "De onderzoeker en de Tabak" in Vrij Nederland van 24 augustus dit jaar. Hij blijkt naadloos te passen in de strategie van de tabaksindustrie die wetenschappers niet meer inzet om te bestrijden dat roken schadelijk zou zijn – tegen alle overtuigende bewijzen kun je toch niet op - maar ze op een andere manier gebruikt. "Langzaam is hun strategie verschoven van het ontkennen van de gezondheidsaspecten naar het áfleiden ervan", zegt de geschiedkundige Robert N. Proctor die de strategieën van de tabaksindustrie onderzocht, in een interview met TabakNee. Van Raaij probeert de aandacht af te leiden door te wijzen op smokkel.

10.000 dollar

Het is geen toeval dat Van Raaij op de werkconferentie spreekt. In de Legacy Tobacco Documents Library van de University of California zit een brief waarin staat dat Van Raaij in 1992, toen hij nog op de Erasmus Universiteit werkte, als adviseur voor en op kosten van British American Tobacco een WHO-Conferentie in Buenos Aires bezocht. Bovendien blijkt de professor een hoofdstuk te hebben geschreven voor het door de industrie uitgebrachte boek Plain Packaging and the Marketing of Cigarettes (1998). Volgens de interne documenten kreeg hij daar 10.000 dollar voor. In zijn profiel op de website van zijn universiteit ontbreekt deze publicatie.

Zijn banden met de tabakswereld vormen geen obstakel om lid te zijn van de Raad van Toezicht van het Amphia Ziekenhuis. In de publicatie van Vrij Nederland wilde dit ziekenhuis niet inhoudelijk reageren. De onthullingen hebben geen consequenties voor Van Raaij gehad. Hij is er nog steeds toezichthouder.

En wat vindt Tilburg University ervan dat Van Raaij zich liet inhuren voor de conferentie van de tabaksindustrie in 2010? Een woordvoerder wilde er in Vrij Nederland alleen over kwijt dat de universiteit geen beleid heeft als het gaat om spreken op conferenties. "Wij gaan ervan uit dat onze medewerkers hierin hun eigen integere afwegingen maken en dat zij zich houden aan alle regels die de KNAW heeft opgesteld."

KNAW-president Hans Clevers op zijn beurt ergerde zich aan sociale wetenschappers zoals Van Raaij die hand- en spandiensten voor de tabakslobby verrichten. Hij noemt het "een sluwe strategie" van die lobby. Ze adresseren de gezondheidsvraag helemaal niet en laten zich "blijkbaar zonder moreel bezwaar" door de tabaksindustrie gebruiken.

Niet goed begrepen

Na publicatie in Vrij Nederland voelde het Brabants Dagblad de professor aan de tand. Van Raaij bevestigde dat hij zich voor een bezoek aan een congres en een bijdrage aan een boek door de tabaksindustrie heeft laten betalen. "Maar ik ben nooit gevraagd bepaalde dingen te zeggen, nooit gecontroleerd of gecensureerd." Hij zegt "het zwart-witbeeld" bij veel politici en beleidsmakers over de tabaksindustrie te hebben willen nuanceren.

Van Raaij kon niet reageren op het artikel in Vrij Nederland, omdat hij in het buitenland verbleef en daar blijkbaar nooit op zijn e-mail keek of de voicemail beluisterde. Terug in Nederland schrijft hij een brief die bedoeld is voor Vrij Nederland maar niet is geplaatst. TabakNee heeft die in handen gekregen. In zijn brief geeft Van Raaij alles toe: hij heeft in de Pulchri Studio gespeecht – dat kan hij ook moeilijk ontkennen, omdat stukjes uit zijn toespraak zijn gefilmd en op YouTube staan. Hij is inderdaad op de genoemde conferentie in Buenos Aires geweest en heeft een hoofdstuk voor een boek van de tabaksindustrie geschreven.

Maar hij is niet goed begrepen, is de teneur van de nooit geopenbaarde brief. Zijn bijdrage in 2010 op de werkconferentie in Den Haag was niet bedoeld om de verkoop van sigaretten te bevorderen, maar "vooral een waarschuwing aan de overheid om zich niet rijk te rekenen met een verhoogde tabaksaccijns en om door verhoging van accijns de criminaliteit van illegale importen niet te bevorderen, waardoor later aanzienlijke uitgaven nodig zijn om de ontstane criminaliteit te bestrijden." Ja ja, dat argument kunnen we onderhand wel drómen.

Over zijn aanwezigheid als adviseur voor BAT in 1992 op een WHO-Conferentie in Buenos Aires: dat was om precies te zijn de "8th World Conference on Smoking or Health" en daar heeft hij "een paper gepresenteerd over de factoren die bepalend zijn voor het starten met roken door jongeren". Hij is daar onder meer ingegaan op het verbieden van reclame voor tabak, een volgens hem zinloze maatregel tegen het roken. "Tabaksreclame blijkt geen of een verwaarloosbare invloed te hebben op het starten met roken", schrijft hij. "Niettemin heeft de overheid tabaksreclame verboden en dit heeft, zoals te verwachten was, geen effect gehad op de prevalentie van roken." Ook hier had zijn bijdrage "geen betrekking op roken en gezondheid en was er ook niet op gericht het roken en de verkoop van sigaretten te bevorderen."

Over het hoofdstuk dat hij in 1998 schreef voor het door de industrie uitgebrachte boek over plain packaging, genaamd "plain packs & the onset of smoking": daarvan was de kern dat "er van 'plain packs' geen of weinig effecten te verwachten zijn op het beginnen met roken". Dat hij 10.000 dollar heeft ontvangen van de uitgever, zoals in de interne documenten van de tabaksindustrie staat, lijkt hem "een onwaarschijnlijk hoog bedrag. Helaas kan ik mijn administratie uit 1998 niet meer raadplegen om het werkelijke bedrag te vinden."

Rookverbod in openbare gebouwen

Van Raaij vindt het "unfair en suggestief om een relatie te leggen met mijn lidmaatschap van de Raad van Toezicht van het Amphia Ziekenhuis in Breda." Dit lidmaatschap heeft niets te maken met zijn activiteiten voor de tabaksindustrie. "Het toont overigens dat volksgezondheid mij ter harte gaat."

De hoogleraar wilde met zijn bijdragen voorkomen dat beleidsmakers "ineffectieve maatregelen" in het antirookbeleid zouden nemen. "Een effectieve maatregel om het roken tegen te gaan is overigens het rookverbod in openbare gebouwen en openbaar vervoer." Helaas las de professor daar niets over in het bewuste artikel in Vrij Nederland dat volgens hem dan ook "een negatieve maatschappelijke bijdrage levert".

Wilt u meer lezen over andere vrienden/lobbyisten van de tabaksindustrie van wetenschappelijke huize?

Klik hier voor Rinus van Schendelen
Klik hier voor Peter Leeflang