line

Van Rijn maakt geen haast met handhaving rookverbod horeca

zondag 16 februari 2014

Staatssecretaris van Volksgezondheid Martin van Rijn streeft ernaar dat de naleving van het rookverbod in horecagelegenheden "ieder jaar blijft stijgen naar uiteindelijk een goede naleving van het rookverbod". De staatssecretaris ontvouwt deze stap-voor-stapstrategie in antwoord op Kamervragen van het PvdA-Kamerlid Marith Rebel over de matige handhaving van het rookverbod in de horeca.

Door Bas van Lier

Rebel had de staatssecretaris vragen gesteld naar aanleiding van de recent gerapporteerde naleving- en handhavingcijfers van het rookverbod in de horeca. Uit de meting in het najaar van 2013 onder 400 aselect gekozen cafés en discotheken in het hele land, blijkt dat in 35 procent van de cafés waar dat niet mag, toch wordt gerookt. Gemiddeld wordt in heel Europa in 27 procent van de horecagelegenheden gerookt. Nederland doet het daarmee vergeleken dus slecht.

In zijn antwoorden benadrukt Van Rijn vooral de positieve ontwikkelingen, terwijl hij minder gunstige ontwikkelingen bagatelliseert. Dus benoemt hij voorop dat de naleving in restaurants, hotels en eetcafés hoog is. En hoewel hij toegeeft dat het rookverbod nog niet voldoende wordt nageleefd in de cafés en discotheken, ziet hij sinds 2011 een stijgende trend die hij "bemoedigend" vindt.

Tabaksteams

De geconstateerde lichte daling van het aantal horecagelegenheden waar niet wordt gerookt (van 73 procent in voorjaar 2013 naar 71 procent in najaar 2013), is "statistisch niet significant" en bij overtreding van het verbod is lang niet altijd opzet in het spel. Soms is onduidelijk waar wel of niet mag worden gerookt en om die reden ligt het wetsvoorstel bij de Kamer waarmee het rookverbod, volgens plan per 1 juli 2014, weer voor alle horecagelegenheden zal gaan gelden.

De recente verhoging van de minimumleeftijd voor tabak zal volgens Van Rijn geen direct gevolg hebben voor de naleving van het rookverbod in de horeca. Maar hij verwacht wel dat de maatregel tot gevolg zal hebben dat minder jongeren beginnen met roken, waardoor op langere termijn minder behoefte zal bestaan om in horeca te roken.

Van Rijn wijst verder op de intensivering van de handhaving via tabaksteams met jonge controleurs en de hoge boetes die ervoor zullen zorgen dat de naleving stapje voor stapje zal verbeteren. "Ik besef wel dat dat niet van de één op de andere dag gebeurt", schrijft hij.